Via Uitgeverij GiST verscheen het boek ‘Dwangarbeid in Duitsland’ over Koos de Wolf, vader van Ted en Coen de Wolf; die laatste woont al 25 jaar in Nieuw-Zeeland.
‘Dwangarbeid in Duitsland’ is een weergave van urenlange gesprekken met zijn vader en archiefonderzoek in Duitsland. Het gaat over de ervaringen van vader Koos, in Nootdorp onder meer bekend van Molen Windlust aan de Oudeweg die door deze opticien/horlogemaker in de jaren tachtig weer in oude glorie is hersteld. Ted werd destijds vrijwillig molenaar en verbouwde enige jaren later de voormalige graanschuur van de molen tot restaurant De Vang (het huidige Saam onder de molen). Koos de Wolf vertrok in 1943 kort voor zijn 21ste verjaardag naar Duitsland om in Sindelfingen bij Daimler-Benz (de Mercedesfabriek) tewerkgesteld te worden. In Duitsland werd hij ondergebracht in een barak met onder andere Dick Binnendijk, de latere impresario van Toon Hermans. De toenmalige cabaretier Binnendijk speelt een belangrijke rol in deze biografie in romanvorm. Al na een paar weken wist Koos zich aan de erbarmelijke omstandigheden in het lager te ontworstelen, waarna hij een relatief goed leven leidde tijdens die Duitse jaren. Toch kon ook hij niet ontkomen aan de ellende die met oorlog gepaard gaat. “Werkelijk een fantastisch boek,” schreef Teun Beins. “Het werpt een heel nieuw en origineel licht op de immer enkel dramatisch voorgestelde gebeurtenis van de dwangarbeid.”
Vind ik leuk:
Vind-ik-leuk Laden...
Tekenen en bouwen – 1870-1980.
De geschiedenis van de familie Van Tilburg in Nootdorp geschreven door Aat van Tilburg. In het voorwoord van Aat lezen we het volgende.
De Dekenkist
De grote dekenkist vol bouwtekeningen, jaarboeken en foto’s was na het overlijden van mijn ouders bij mijn broer Miel terecht gekomen. Steeds als ik de kist zag dacht ik: ‘In dit unieke historische materiaal schuilt een verhaal’. Zoals de ene generatie het beeld documenteerde, de andere op zoek ging naar de oorsprong van de familie en de volgende het aanvulde met nieuw gevonden informatie, lijkt het zonde om alles in zo’n donkere kist te laten liggen.
De geschiedenis begint bij Cornelis van Tilburg (1848-1921). In 1870 vestigt hij zich, 22 jaar oud en pas getrouwd, als meester metselaar in Nootdorp. Zijn hele leven noteert hij in grote jaarboeken iedere baksteen en elk arbeidsuur tot op de halve cent nauwkeurig. Van dorpsmetselaar wordt hij aannemer van grote waterbouwkundige werken en zakenman.
Na ruim 40 jaar draagt hij het bedrijf over aan zijn zonen, Jan de timmerzaak en Piet de metselfirma. Tussen de broers groeit een hechte samenwerking die hun leven lang zal duren. Ze tekenen en bouwen huizen, boerderijen en fabrieken. Jan noemt zich geen architect, in feite is hij het wel. Zo ontwerpt hij moderne winkelpanden en tekent het nieuwe gemeentehuis in Nootdorp. De crisis in 1930 overleven Jan en Piet door zuinig te leven en efficiënt te werken.
De derde generatie, mijn vader Cor, bouwt een grote verscheidenheid aan huizen en bedrijfsgebouwen, maar als hij in 1970 de kerk mag restaureren, weet hij dat daar zijn hart ligt. Samen met de winkeliers maakt hij plannen om de verwaarloosde Dorpsstraat te restaureren en zo bepaalt hij het huidige aanzien rondom de kerk.
Het onderzoek naar deze drie generaties van bouwers maakt nieuwsgierig naar de geschiedenis ervoor. Mijn vrouw, Mieke van Tilburg-Thoms, heeft zich verdiept in de periode van 1700 tot 1850 en kwam tot de verrassende ontdekking dat Johannes van Tilburg in 1703 scheepstimmerman was in Schiebroek en later een scheepswerf had in Stompwijk, aan het Soetermeerse Meer.
Wij volgen Cornelis en zijn familie naar Nootdorp.
In hoofdstuk 14 en 15 schetsen we een beknopt beeld van zijn voorouders. Dat wat niet allemaal in de kist zat…
Vind ik leuk:
Vind-ik-leuk Laden...